Naar het hoge noorden

Als we wakker worden is de lucht strak blauw. We zien de rotsen in zee mooi beschenen door de zon.

Na het uitgebreide ontbijt stappen we in de auto voor een lange rit naar het noordelijkste puntje van Nieuw-Zeeland bij de vuurtoren van Cape Reinga. Het is een rit van 181 kilometer enkele reis. Vlak voordat we bij Cape Reinga  zijn, lunchen we bij het strand van Tapotupotu Bay. Marja gaat hier nog even pootje baden.

Als we aan komen bij Cape Reinga is het er ontzettend druk. Het lijkt wel de Keukenhof in het Paasweekend. Gelukkig vinden we een parkeerplaats vlakbij het begin van het wandelpad naar de vuurtoren. Het is een wandeling van 800 meter die soms steil naar beneden gaat. Bij de vuurtoren komen de Tasman zee en de Grote oceaan bij elkaar. Dit is duidelijk te zien aan de stroming in het water en het kleurverschil. Op de terugweg naar de parkeerplaats wordt Cock door een Nieuw-Zeelander geholpen om weer boven te komen.

Op de terugweg naar ons vakantiehuis stoppen we nog bij de Te Paki Great Sand Dunes. Dit zijn hele hoge zandduinen waar je met een klein surfboard vanaf kan dalen.

‘s Avonds eten we ons het terras bij een ondergaande zon. Als het helemaal donker is, zien we duidelijk duizenden sterren en de melkweg boven ons verschijnen.